Verhaal 3: ‘Kracht burgerforum is ook dat het kort duurt’

Met de feestelijke overhandiging van hun adviezen aan Klaar Koenraad, wethouder en voorzitter van de stuurgroep RES, sloten de deelnemers het burgerforum Brabant Praat af. Ze blikken positief terug, aldus organisator Jonneke Stans. ‘Maar het is wel spannend wat de bestuurders ermee gaan doen.’

overhandiging rapport

Kies locaties voor duurzame opwek op basis van kenmerken van het landschap. En houd daarbij ook rekening met de mogelijkheden van het netwerk. Onderzoek groen gas als serieuze optie, stimuleer energiehubs en benader inwoners actief via alle mogelijke kanalen. Dat is een greep uit de adviezen in de eindrapportage van het burgerforum Brabant Praat. Afgelopen maanden kwamen de vijfendertig, door loting geselecteerde, deelnemers uit RES-regio West-Brabant vijf keer bij elkaar om te praten over grootschalige opwek en over wat zij belangrijk vinden voor een eerlijke verdeling van energiebronnen. Doel was adviezen op te stellen voor de bestuurders in de RES-regio, zodat zij die kunnen gebruiken om hun RES-plannen in het vervolgtraject verder aan te scherpen en te verbeteren. 

Gesprekken zonder oordeel

Het burgerforum maakte in totaal drieëntwintig adviezen, waarvan er zeventien door de deelnemers werden aangenomen. ‘De zes adviezen die het niet gehaald hebben, bleken te ingewikkeld te zijn’, licht Jonneke Stans toe. ‘Of er werden te veel dingen bij gehaald, waardoor het advies niet eenduidig genoeg was.’ Jonneke is tevreden over het eindresultaat. ‘Het is bijzonder hoe ver je in vijf avonden kunt komen, met een groep mensen die heel verschillend zijn en elkaar vooraf niet kennen’, zegt zij. ‘Er ontstond echt een wij-gevoel, van waaruit mooie gesprekken zijn gevoerd, zonder dat mensen oordeelden of hun stem verhieven. Je krijgt op deze manier een totaal andere sfeer dan op een willekeurige bijeenkomst over grootschalige opwek.’ 

Goed bruikbare adviezen

De adviezen strekken zich uit over vijf terreinen: energiebronnen, energienet en opslag, landschap en ruimte, betrekken van inwoners en energietransitie algemeen. ‘Op al die gebieden zijn adviezen opgesteld die mijns inziens voor bestuurders goed bruikbaar zijn. Ze zijn genuanceerd en redelijk: het burgerforum verwacht niet dat hierdoor de wereld morgen ineens anders zal zijn.’ Toch zal de mate waarin de adviezen overgenomen worden, voor de deelnemers toch ook het succes van het burgerforum bepalen? ‘Ja, deels is dat natuurlijk zo,’ beaamt Jonneke. ‘De deelnemers gaven aan dat zij positief terugkijken op het burgerforum. Maar ze voegden eraan toe, dat ze het wel spannend vinden wat er met hun adviezen gaat gebeuren.’ 

Stuurgroep-voorzitter Klaar Koenraad, die het eindrapport namens de RES-regio in ontvangst nam, zei in een eerste reactie dat de regio de adviezen goed gaat bestuderen, met de intentie er zoveel mogelijk van over te nemen. En dat zij verantwoording zullen afleggen, als ze onverhoopt iets níet overnemen. Jonneke: ‘De deelnemers beseffen dat bestuurders en gekozen volksvertegenwoordiger in zestien gemeenten, de provincie én twee waterschappen hierover gaan beslissen. En dat je niet helemaal kunt voorspellen hoe dat zal aflopen.’ 

Deelnemers zaten er niet alleen voor zichzelf

Jonneke maakte als organisator het hele burgerforum mee, van de kennismakingsavond tot aan het vaststellen van de adviezen. Wat viel haar op tijdens het proces? ‘Vooral de sfeer van de avonden’, zegt zij. ‘De genuanceerdheid en het gebrek aan polarisatie. Of dat nu komt doordat je in de burgerberaad-methode het vellen van een oordeel zo lang mogelijk uitstelt of doordat we het meer genuanceerde midden aan tafel hadden, vind ik moeilijk te zeggen. Het is denk ik te vroeg om daar nu al een analyse van te kunnen geven.’ 

Daarnaast viel het Jonneke op dat er het langst is gesproken over hoe je inwoners meekrijgt in de energietransitie. Participatie bleek een heter hangijzer dan bijvoorbeeld landschappelijke inpassing van wind en zon. ‘Maar dat komt misschien omdat we het niet over concrete locaties hebben gehad’, zegt Jonneke. Zij vond het ook opvallend dat de deelnemers zich enorm verantwoordelijk voelden. ‘Een van de jongere deelnemers vond het jammer dat er relatief weinig twintigers bij waren. Zij voelde daarom een grote verantwoordelijkheid om namens haar generatie te spreken. Er waren meer deelnemers die zeiden dat ze er niet alleen voor zichzelf zaten, maar ook om hun mede-inwoners te vertegenwoordigen.’ 

Werk volgens een strakke planning…

West-Brabant is de eerste regio waarin een burgerforum zich heeft gebogen over grootschalige duurzame opwek. Welke tips heeft Jonneke voor regio’s die daar ook mee aan de slag willen? ‘Duurzame opwek is een ingewikkeld vraagstuk, maar laat je daardoor niet weerhouden. Dat is mijn eerste tip’, zegt zij. ‘Je kunt in vijf bijeenkomsten met de deelnemers behoorlijk diep in de inhoud duiken.’ Een tweede tip van Jonneke: houd een strakke planning aan. ‘Wij hebben de deelnemers veel ruimte gegeven, maar hen ook zoveel mogelijk ontzorgd. Dat betekent dat wij als organisatoren alles hebben voorbereid, dat we voor uitwerkingen hebben gezorgd, en steeds de vinger aan de pols hebben gehouden. Wel altijd in overleg met de deelnemers, en met hun instemming. Het is hun proces. Alleen met een goede discipline kom je samen aan de eindstreep. Wij stuurden hen bijvoorbeeld voor de zomer een kaartje als bedankje tot dan toe. Na de zomer hebben we iedereen gebeld om te horen of ze aanwezig zouden zijn bij de vierde en de vijfde bijeenkomst. De deelnemers zeiden dat zij dat persoonlijke contact waardeerden.’ 

…met ruimte voor flexibiliteit

Tegelijkertijd moet je, aldus Jonneke, je planning ook weer niet te veel dichttimmeren. ‘Je wilt de vaart erin houden, maar je moet ook tijd inbouwen om de wensen van het burgerforum te kunnen inwilligen. Zo wilde ons burgerforum graag een expert op het gebied van energieopslag uitnodigen. Door onze strakke planning moest dat heel snel en was het lastig iemand te vinden die op korte termijn beschikbaar was.’ Ook moet je in de uitvoering ruimte houden voor activiteiten die passen bij de groep. ‘Je kunt niet vooraf al een volledig draaiboek maken voor alle bijeenkomsten’, zegt Jonneke. ‘De deelnemers aan Brabant Praat waren heel gedisciplineerd en konden vrij ingewikkelde werkvormen aan, waardoor mensen aan bijna alle adviezen hebben kunnen werken. Maar dat ontdek je pas als je aan de slag gaat. Je moet de uitvoering dan nog kunnen bijsturen.’ 

Unieke ervaring

Voor de deelnemers zit het werk er nu op. En dat is goed, vindt Jonneke. ‘De kracht van het burgerforum is ook dat het kort duurt. Het moet geen instituut worden.’ Wel zullen de organisatoren de deelnemers nog laten weten wat de bestuurders met de adviezen doen. Tijdens de champagne na afloop van de laatste bijeenkomst, zeiden veel deelnemers dat ze het forum gaan missen. Geldt dat voor Jonneke ook? ‘Zeker’, zegt zij met een glimlach. ‘Het was een unieke ervaring om met een zo brede groep mensen vruchtbaar in gesprek te gaan over een gevoelig onderwerp als de energietransitie. Jammer dat het voorbij is.’ 

Meer informatie